Ruilverkaveling rondom Woerden
Offers
Er wordt een plan gemaakt om het landschap om te vormen. Het oude “copelandschap” met veel kleine weiden, akkers, kaden en dijkjes moet plaatsmaken voor betere en bredere wegen en grotere en goed bereikbare landerijen. Dat alles vindt plaats het ruilen van grond en herindeling van het gebied. Boerenbedrijven verdwijnen of worden juist groter. Soms worden bedrijven verplaatst. Het zal duidelijk zijn dat er voor het grotere doel offers gebracht moeten worden door de boeren die hun bedrijf hierdoor zien verdwijnen.
Grond ruilen op Ameland
Landbouw en veeteelt krijgen in het begin van de twintigste eeuw te maken met te droge of te natte landerijen. Bemaling kan niet goed worden afgestemd op de kleine, verspreid liggende percelen van de boeren. De percelen zijn ook niet goed bereikbaar via de modderige dijkjes en smalle kaden. In 1913 zoeken boeren op Ameland een oplossing voor deze problemen. Ze ruilen en herverdelen de grond zodat er grotere percelen ontstaan. Er komt ook ruimte voor nieuwe wegen, waardoor de bereikbaarheid van de percelen vergroot wordt. Dit plan wordt overgenomen door de Staat der Nederlanden. De eerste Ruilverkavelingswet is een feit in 1924. In 1954 volgt een tweede versie van deze wet.
Ruilverkaveling bij Zegveld
Ook in Zegveld hebben de boeren een probleem met de regeling van het waterpeil. Het blijkt niet mogelijk om in dit hele gebied (Zegveld, Zegvelderbroek, Achttienhoven) het waterpeil zo te regelen dat alle akkers en weiden niet te droog en niet te nat zijn. Er moet iets gebeuren en er wordt een plaatselijk Commissie voor Ruilverkaveling opgericht. Deelnemers zijn een aantal landeigenaren, vertegenwoordigers van het ministerie van Landbouw en deskundigen van de provincie Utrecht. Het zal nog 10 jaar duren voordat er een start kan worden gemaakt met de verkaveling. De vertraging komt door het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog en de hoge kosten die de verkaveling met zich meebrengt.
De ruilverkaveling in Zegveld gaat 10 jaar duren en is afgerond in 1969. Het land wordt opnieuw verdeeld tussen de boeren. Bedrijven worden verplaatst of moeten verdwijnen. Er worden nieuwe wegen en bruggen aangelegd. Het waterbeheer wordt verbeterd. De boeren worden op het elektriciteitsnet aangesloten en de waterleiding wordt doorgetrokken naar hun woningen en bedrijven. Ondanks de spanningen die de verkaveling aanvankelijk met zich meebrengt, wordt het uiteindelijk toch een succes. Zegveld wordt ontsloten door de aanleg van de Milandweg, de Middenweg, de Rondweg en de Dwarsweg. Ook de Hoofdweg wordt verbeterd. Het landschap rondom Zegveld, eens gekenmerkt door smalle wegen en kleine percelen, is voorgoed veranderd.
Vleuten en de Harmelerwaard
Er starten in 1959 nog twee ruilverkavelingsprojecten rondom Woerden. Ten noorden van de Oude Rijn tussen de Ir. Enschedeweg en de Heijcop worden de landerijen herverkaveld. De waterhuishouding en de wegen worden hierbij verbeterd. In 1970 is de verkaveling van dit gebied klaar. Het derde ruilverkavelingsproject wordt tussen 1964 en 1969 uitgevoerd rondom Vleuten en in de Harmelerwaard.
Landinrichtingswet
In 1985 voldoet de Ruilverkavelingswet niet langer en wordt vervangen door de Landinrichtingswet. De kwaliteit van het landschap en de natuur gaan een grotere rol spelen bij de herindeling van agrarische gebieden. Tussen 1970 en 1990 worden ruilverkavelingsprojecten uitgevoerd in Driebruggen, Bodegraven en in de Lopikerwaard. Het doel is om landbouw en veeteelt een nieuwe impuls te geven met behoud van kwaliteit van landschap en natuur.