Het Bredius bos en de familie Bredius
Oorsprong
De familie is te herleiden op een kleermaker uit Waarder, Gijsbert Willemsz Bredius, die in 1622 in archieven genoemd wordt. Telgen van de familie worden later burgemeester in Woerden, maar ook van zelfstandige gemeentes als ’s Gravesloot, Waarder, Zegveld, Barwoutswaarder, Rietveld, Kamerik-Mijzijde en Kamerik-en-de-Houtdijken.
In 1824 benoemt Koning Willem I de heer Jacobus Bredius tot burgemeester van Woerden. Jacobus, geboren in Maarssen, is al sinds 1812 notaris in Woerden. Ook is hij burgemeester van ’s Gravesloot en van de twee Kamerikse gemeentes. In het jaar dat hij burgemeester van Woerden wordt, koopt Jacobus een stuk grond van een paar steenfabrikanten. De grond ligt in de toenmalige polder Oudeland, net buiten de singel en de toenmalige stadswallen van Woerden. Het wordt de basis van het huidige Landgoed Bredius. Het bestaat uit weiland, hakhoutbos en klei- en zandafgravingen.
Cornelis Jan aan de slag
Heel lang kan Jacobus niet van zijn aankoop genieten, want in 1826 overlijdt hij al. Zijn zoon Cornelis Jan is met zijn 22 jaar nog te jong om hem in Woerden op te volgen, maar voor de kleinere plaatsjes is zijn leeftijd helemaal geen probleem. In 1825 wordt hij, 21 jaar oud, al burgemeester van Barwoutswaarder, Rietveld en Waarder. In 1827 treedt hij in de voetsporen van zijn vader als burgemeester van Kamerik-Mijzijde, Kamerik-en-de-Houtdijken en ’s-Gravesloot. Later wordt hij ook burgemeester van Zegveld. Cornelis Jan timmert verder aan de weg en wordt lid van de Provinciale Staten van Zuid-Holland (waar Woerden dan bij hoort). In 1849 wordt hij dijkgraaf van het Groot-Waterschap van Woerden waarmee hij de hoogste functie bekleedt op het gebied van polderbestuur. Het waterschap heeft als belangrijkste taak dat mensen in Woerden droge voeten houden en de polders rondom de stad gebruikt kunnen worden voor landbouw en veeteelt.
Te veel van het goede
In 1851 wordt de nieuwe Gemeentewet van kracht. Die wet laat niet toe dat een burgemeester zijn functie combineert met beroepen als bijvoorbeeld notaris of dokter. In Woerden betekent dit dat de toenmalige burgemeester, dokter Isaac de Braauw, aftreedt. En wie anders kan hem beter opvolgen dan Cornelis Jan? Op acht plekken tegelijkertijd burgemeester zijn vindt men echter wel wat veel van het goede, waardoor Cornelis Jan zijn burgemeesterschap in de beide Kamerikse gemeentes, in Zegveld en in ‘s Gravensloot, neerlegt. In Barwoutswaarder, Rietveld en Waarder blijft hij tot 1855 wel burgemeester. Zijn zoon Jacobus is advocaat en volgt hem daar in dat jaar op.
Landgoed
Cornelis Jan gaat ook flink aan de slag met het stuk grond van zijn vader. Hij koopt er nog meer grond bij, laat in 1853 de boerderij Batestein bouwen en huurt een boer in als bedrijfsleider. Het landgoed is daarmee in gebruik als boerenbedrijf, met veeteelt, zuivel en later ook fruitboomgaarden. In 1863 bouwt hij voor zichzelf de villa Rijnoord aan de Oostdam, bij de Snellerbrug. Ook het theehuis, met uitzicht op het Exercitieveld, wordt dan gebouwd. In datzelfde jaar treedt hij af als burgemeester van Woerden.
Cornelis Jan overlijdt in 1871. Daarmee komt ook een eind aan de invloed van de familie in Woerden en omgeving. Zoon Jacobus wordt officier van Justitie in Leiden en vertrekt uit de stad. Zijn andere zoon, Arnoldus, wordt directeur van een buskruitfabriek in Naarden. De twee dochters verlaten villa Rijnoord zo’n 10 jaar na zijn overlijden. De macht in Woerden verschuift dan naar kaashandelaren, dakpanfabrikanten en middenstanders.
Familiebezit wordt park
Landgoed Bredius blijft nog wel in de familie en wordt ook na het vertrek van de familie uit Woerden uitgebreid met aankoop van land. De veeteelt blijft en de fruitteelt wordt geïntensiveerd. Arnoldus Anthonie, een achterkleinzoon van Cornelis Jan, is van 1947 tot 1966 de laatste Bredius die ook op het landgoed woont. Hij huist in de boerderij Batestein, als landbouwer en fruitteler. In de jaren ’50 levert hij een hevige strijd met de gemeente Woerden, die het ‘bos van Bredius’ voor woningbouw wil gebruiken. Tussen 1964 en 1970 wordt het landgoed voor een deel onteigend en voor een deel verkocht door de familie. Daarmee komt aan 140 jaar familiebezit een einde.
Woningbouw is er echter niet gekomen, los van de bouw van het seniorenwoningencomplex Park Oudeland. Een actiegroep van Woerdense burgers kan voorkomen dat de plannen van de gemeente doorgaan en in 1970 wordt het landgoed publiek toegankelijk. Vanaf dat moment krijgt het de rol van park, een groene long van Woerden, dat het vandaag de dag nog heeft. Boerderij Batestein, midden op het landgoed, gaat bij een brand in 2008 grotendeels verloren. De stichting Landgoed Bredius, die in 2015 het beheer van het landgoed overneemt van de gemeente, heeft de herbouw van de hoeve in maart 2022 voltooid. Omstreeks mei 2022 wordt het pand heropend. Het heeft een horecabestemming gekregen.